Pubers. Bij het lezen van dit woord denk je waarschijnlijk terug aan hoe jij vroeger was als puber. Opstandig, eigenwijs, altijd op avontuur uit, onzeker, etc. Allemaal woorden die te maken hebben met de pubertijd. Maar hoe zit het nou eigenlijk met een puber die autisme heeft? Is dit dan compleet anders? Of zijn er overeenkomsten?
Pubers met autisme zijn hetzelfde als enkele andere puber. Zij vertonen ook normaal pubergedrag net als elke ander puber. Zo zijn ze bijvoorbeeld opstandig. Echter hebben zij wel natuurlijk de kenmerken van autisme. Zo voelen pubers met autisme bijvoorbeeld haarfijn aan als je iets anders zegt dan je bedoelt. Daardoor kan er heel stug gereageerd worden of helemaal niet.
Hieronder staan adviezen om een gesprek te voeren met een puber met autisme. Het zijn adviezen die geschikt zijn voor alle kinderen, dus niet alleen je puber met autisme:
Let altijd op elk kind is anders en blijf vooral als ouder kijken naar wat je kind nodig heeft.
Toon oprechte belangstelling
Niks is vervelender dan met iemand in gesprek zijn die niet oprecht aandacht heeft voor wat er tegen hem of haar gezegd word. ‘Mijn ouders luisteren nooit naar me,’ zeggen pubers vaak. Soms bedoelen ze dat ze hun zin niet krijgen. Maar meestal hebben ze gelijk. Ouders hebben vaak zo veel aan hun hoofd, dat het moeilijk is om onbevangen te luisteren. Als je een goed gesprek wilt, zorg dan dat je rustig bent en de tijd neemt. Alleen dan kun je zonder oordelen en vooroordelen naar je kind luisteren.
Ga er dan ook vanuit dat jou puber zichzelf het beste kent. Wacht dan ook met het geven van je eigen mening. Stel ook neutrale vragen. De kunst is dan ook om een vraag te stellen, waardoor je kind meer gaat vertellen. Voorkom dat je het voor je puber invult. Als je gaat zeggen wat hij voelt, denkt en mankeert, is de kans groot dat hij zich voor je afsluit.
Durf emotioneel te zijn
Als je luistert naar je kind terwijl je een probleem bespreekt, kan het zijn dat je met je eigen angsten geconfronteerd wordt. Je bent bijvoorbeeld bang dat je kind iets overkomt of dat hij zijn toekomst verknalt. Vraag je op een rustig moment af wat je echt belangrijk vindt. Benoem dat heel concreet en maak duidelijk wat je gevoelens daarover zijn.
Veel pubers voelen meer contact als ouders hun gevoelens delen, dan wanneer ze hun rationele argumenten geven.
Wees betrouwbaar
Betrouwbaar zijn is iets anders dan consequent zijn. Consequent zijn betekent dat je de regels altijd naleeft. Dat lukt niemand. Geef jezelf lucht en doe ook je puber een lol. Als je moe bent of een keer geen zin hebt, moet je kunnen zeggen: die afwas komt morgen wel weer. Betrouwbaarheid gaat dieper; daarmee laat je weten dat je kind ten allen tijde bij je terecht kan. Ook als je zijn gedrag afkeurt.
